Nieuws in de marge

Tuesday, January 13, 2009

Inning en controle van de roerende voorheffing onvoldoende

In zijn auditverslag aan het federale Parlement onderzoekt het Rekenhof de procedures die de Administratie van de Belastingen hanteert voor de inning en de controle van de roerende voorheffing. Het Rekenhof formuleert aanbevelingen om de controle van deze belasting te verbeteren door een betere informatie uitwisseling tussen de diensten, meer bepaald in het kader van de Europese Spaarrichtlijn. De roerende voorheffing (RV) wordt meestal aan de bron geïnd en is de belangrijkste belasting op roerende inkomsten.

Op het niveau van de ontvangkantoren die de RV aangiften behandelen, heeft het Rekenhof vastgesteld dat de opvolging van de betaling van de voorheffingen in geval van niet-betaling niet voldoende streng en eenvormig verlopen. Bovendien biedt het boekingsprogramma dat de ontvangkantoren momenteel gebruiken onvoldoende veiligheidswaarborgen. Het laat niet toe sommige verrichtingen op adequate wijze uit te voeren of nuttige statistieken op te stellen. Voorts sturen de ontvangkantoren de nodige informatie niet steeds tijdig door aan de taxatiediensten.

De administratie is van oordeel dat de lancering van een nieuwe specifieke toepassing de vastgestelde euvels zou moeten verhelpen, zowel wat betreft de verwerking van de aangiften als wat betreft de boeking van de rechten en de terbeschikkingstelling van informatie aan de taxatiebeambten. Deze toepassing zal statistieken produceren die nuttig zijn voor de sturing en het beheer van de achterstand en zal bepaalde controles mogelijk maken door vergelijking van de fiscale gegevens.

Wat de controle van de RV betreft, heeft het Rekenhof vastgesteld dat de taxatiediensten niet over specifieke en concrete normen beschikken. De uitgevoerde verificaties worden niet gedocumenteerd in de dossiers. Wat de risicoanalyse betreft die binnen de fiscale administratie wordt uitgevoerd, deze heeft nog niet geleid tot richtsnoeren voor de controle van de RV.

Het Rekenhof heeft eveneens vastgesteld dat de informatie die wordt verkregen van de andere lidstaten van de Europese Unie in het kader van de Europese Richtlijn met betrekking tot de intresten die in het buitenland worden geïnd (de zogenaamde Spaarrichtlijn), lange tijd weinig werd benut. Omdat de administratie deze informatie niet op geautomatiseerde wijze kon aanwenden, heeft ze de informatie in verband met de in 2005 geïnde roerende inkomsten pas in september 2008 doorgezonden aan de taxatiediensten.

Het Rekenhof heeft tot slot vastgesteld dat de roerende voorheffing onvoldoende geïntegreerd wordt beheerd. Dat uit zich door een gebrek aan stuurinstrumenten, het ontbreken van een echte controlestrategie en het feit dat de actoren bij het hoofdbestuur zijn verspreid over verschillende diensten. De minister van Financiën heeft laten weten dat hij erop zou toezien dat zijn administratie rekening houdt met de aanbevelingen van het Rekenhof.

Labels: ,